2 | Interview

Interview met Egbert de Vries:

‘Tempo nieuwbouw ligt te laag’

Egbert de Vries
De regio Amsterdam kent een schreeuwend woningtekort. Woningcorporaties zijn bereid maximaal sociale huurwoningen bij te bouwen, maar lange procedures en een opeenstapeling van eisen remmen de voortgang. Egbert de Vries, directeur van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties vraagt om meer focus. “We moeten andere zaken opzij zetten, anders gaat het met die zo gewenste groei van de woningvoorraad niet snel genoeg lukken.”

Volgens De Vries wordt in de regio Amsterdam het gebrek aan betaalbare woningen alleen maar groter. “Uit berekeningen van experts blijkt dat we in de regio over onvoldoende woningen beschikken. Het tekort wordt door ABF Research geschat op 5 procent, terwijl in een goed functionerende woningmarkt het tekort niet hoger zou moeten zijn dan 2 procent. Achter dat simpele cijfer gaat een wereld schuil van mensen die wanhopig op zoek zijn naar een woning, maar die niks kunnen vinden. Ook woont een grote groep heel ongemakkelijk; denk aan gezinnen die veel te krap zijn gehuisvest of ouderen die geen beter passend appartement kunnen bemachtigen.”

Doorstroming stagneert
Hij benadrukt dat het bij het woningtekort niet alleen om onvoldoende sociale huurwoningen gaat. “We hebben een tekort aan sociale huurwoningen, maar het ontbreekt ons evengoed aan huurwoningen in het middensegment en aan betaalbare koopwoningen. De tekorten in die categorieën hebben ook effect op de sociale sector. Als mensen noodgedwongen langer in hun corporatiewoning blijven wonen, dan stagneert de doorstroming en zijn starters die een sociale huurwoning nodig hebben uiteindelijk de pineut. Zij moeten dan bij hun ouders wonen of zich behelpen met een kamer ergens. En de mensen die wel een woning zouden willen kopen, wonen evenmin prettig. Die hadden liever ergens anders gewoond.”

Wat kunnen Amsterdamse woningcorporaties bijdragen aan het verminderen van het woningtekort? “Onze corporaties zijn bereid maximaal te investeren in de bouw van nieuwe woningen. We hebben met elkaar afgesproken de komende vier jaar jaarlijks 2.500 nieuwe sociale huurwoningen bij te bouwen. Er wordt ook gesloopt, maar met die inspanning kan de sociale voorraad met 750 woningen per jaar groeien. De Amsterdamse corporaties hebben daarvoor de financiële middelen beschikbaar.”

‘In Amsterdam wordt het gebrek aan betaalbare woningen alleen maar groter’

Tempo te laag
Het tempo ligt alleen te laag, constateert De Vries. “Het ontbreekt aan beschikbare locaties en de keten van planvorming tot oplevering functioneert niet goed. Nieuwbouw krijgt veelal gestalte op binnenstedelijke locaties. De vergunningverlening voor dergelijke bouwlocaties duurt heel lang. Het resultaat na participatie is vaak dat er minder kan worden gebouwd dan aanvankelijk door de gemeente werd voorgenomen en de kosten vallen altijd hoger uit. Dat is geen reden om niet aan participatie doen, elke locatie is fantastisch, maar we moeten ons wel realiseren dat nieuwbouw op dat soort locaties erg ingewikkeld is. Corporaties kunnen een bijdrage leveren aan woningbouwversnelling door het eigen huiswerk zo goed mogelijk te doen en hun werkprocessen te verbeteren. De bouwsector kan nog meer inzetten op industrialisatie van het bouwproces, al zit er een beperking aan de logistiek. In de krappe binnenstad is het realiseren van een prefab-gebouw niet gemakkelijk. Maar de grootste belemmering heeft te maken met het ontbreken van een duidelijke focus. Als het lokaal bestuur het belangrijk vindt dat de woningvoorraad groeit, dan moeten andere zaken opzij worden geschoven. Het werkt niet als de gemeente steeds nieuwe eisen stelt. Die eisen zijn misschien niet onlogisch, maar het leidt af van ons doel: een zo hoog mogelijke bouwproductie. En dat geldt ook voor het Rijk. De landelijke politiek bedenkt steeds opnieuw ingewikkelde regels, dat werkt belemmerend.”

Regels opruimen
Is de samenleving nog onvoldoende doordrongen van het bestaan van woningnood? “Dat weet ik niet. Het overgrote deel weet wel dat de woningmarkt overspannen is. We worstelen met de vraag hoe we tot actie kunnen komen. Het is aan de politiek daar een leidende rol in te nemen. De Tweede Kamer lijkt daar inmiddels wel van overtuigd. De minister zegt vaker de regie te willen nemen als gebiedsontwikkeling ergens stagneert. Het is ook nuttig als infrastructuur wordt gerealiseerd die de kracht van gemeenten en provincies te boven gaat, maar volgens mij is het nog belangrijker als een groot aantal ingewikkeldheden wordt opgeruimd.”
De Vries voorziet dat het woningtekort in de regio de komende jaren alleen maar groter zal worden. Gezinsverdunning, vergrijzing en extra groepen die om een woning vragen, zoals het toenemend aantal daklozen, zorgen ervoor dat het woningtekort de komende jaren zal oplopen tot 7 of 8 procent. “Woningcorporaties zeggen al langer dat een extra inspanning om dakloosheid te verminderen noodzakelijk is. Die groep wordt almaar groter. Staatssecretaris Blokhuis heeft kortgeleden een samenhangend en uitvoerbaar plan op tafel gelegd om meer (tijdelijke) woonplekken te maken voor daklozen, maar de vraag blijft of de regionale politiek wil doorpakken en woningbouw voorrang wil geven.”

’Als we naar de feiten kijken, dan lijkt aanpassing van de randvoorwaarden onvermijdelijk’

Andere randvoorwaarden
De Vries is voor de lange termijn niet zonder zorgen over het bedrijfsmodel van de corporaties. “Corporaties lopen op termijn tegen een muur aan. Finance Ideas heeft dat na gesprekken met vijftien corporaties, waaronder Rochdale en Eigen Haard, ook duidelijk gemaakt: onze wensen worden op de lange termijn bedreigd, omdat onze financiën niet op orde zijn. Minister Ollongren laat dit jaar onderzoek doen naar de middelen van corporaties in de toekomst. Woningcorporaties worden daar goed bij betrokken, maar als we naar de feiten kijken dan lijkt aanpassing van de randvoorwaarden onvermijdelijk.”

Voor de korte termijn is hij heel tevreden over de prestaties van de Amsterdamse corporaties. Er wordt ruimschoots voldaan aan het afgesproken aantal beschikbare sociale huurwoningen. Corporaties leveren voldoende woningen voor kwetsbare groepen. Al brengt het groeiende aantal kwetsbare huurders volgens hem wel zorgen met zich mee. “Vraag is of er voldoende kan worden geïnvesteerd in buurten waar relatief veel mensen met een slechte positie wonen. In die zogeheten ontwikkelbuurten moet echt meer gebeuren. Dat gaat over fysieke investeringen, woningverbetering en het realiseren van een ander woningbestand, en om investeringen in het versterken van de sociale samenhang. Woningcorporaties zijn daarover nog volop in gesprek met de gemeente. De eerste signalen zijn hoopgevend, maar wij kunnen  niet de regie nemen op de sociale ontwikkeling. Die verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente”, aldus De Vries.

Structurele verschuiving
Ook is de AFWC-directeur tevreden over het tempo van verduurzaming binnen de corporatievoorraad. “Er is sprake van een structurele verschuiving van slechte energielabels naar C of hoger. Dat gaat heel voorspoedig. Ook zijn we volop bezig met de opwekking van zonnestroom en de overstap naar stadswarmte. Maar als het gaat om mogelijke versnelling van onze duurzaamheidsopgave; ook dan wordt het tempo begrensd door de beschikbare financiële middelen.”

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Sleuteluitgifte Noorddok
Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Contact

Verstuur